Stap 1: check op basis eisen

  1. Bestaand lokaal mobiliteitsbeleid evalueren op sterke en zwakke punten.
    Deze evaluatie kan onder andere uitgevoerd worden met de Self-Assessment Tool (stap 2).
  1. Het ontwikkelproces van het mobiliteitsplan afstemmen op de ontwikkeling en implementatie van ander beleid.
    Op welke manier kan in het ontwikkelproces afstemming met ander gemeentelijk beleid plaatsvinden? Een voorbeeld hiervan is afstemming met milieubeleid op het gebied van duurzaamheidsdoelen.
  1. Mobiliteitsplan afstemmen op ander lokaal beleid en plannen (bestaand of in ontwikkeling).
    Deze basiseis gaat over de doorvertaling van de afstemming met ander beleid in het plan.
  1. Selecteren van relevante belanghebbenden, bepalen wat hun invloed is en welke rol zij spelen in de voorbereidingsfase van het mobiliteitsplan.
    Bij relevante belanghebbenden kan gedacht worden aan partijen als de Fietsersbond, Veilig Verkeer Nederland en dorps- en ondernemersraden.
  1. Een samenwerking opzetten met naburige autoriteiten over de geografische dekking van het mobiliteitsplan.
    Het onderzoeksgebied van het mobiliteitsplan is niet afgebakend door bestuurlijke grenzen, maar betreft een gebied dat de belangrijkste forensenstromen omvat. Een voorbeeld hiervan is de regio Noord-Limburg, waar acht gemeenten gezamenlijk een SUMP ontwikkelen.
  1. Regelmatig betrekken van beleidsterreinen die nauw verwant zijn aan mobiliteit (bijvoorbeeld ruimtelijke ordening, milieu, gezondheid).
    Er vindt gedurende het hele proces afstemming plaats met andere beleidsterreinen.
  1. Uitvoeren van een probleemanalyse van de huidige verkeerssituatie en daarmee samenhangende problemen.
    Er heeft een probleemanalyse van de huidige situatie plaatsgevonden en op basis van deze analyse zijn knelpunten gedefinieerd.
  1. Verschillende beleidsscenario’s en de gevolgen daarvan bespreken met de belangrijkste stakeholders.
    De opgestelde beleidsscenario’s zijn besproken met belanghebbenden. Voorwaarde hiervoor is uiteraard dat er beleidsscenario’s opgesteld zijn. In stap 3 wordt de ontwikkeling van scenario’s verder besproken.
  1. Een langetermijnvisie op stedelijke mobiliteit in het mobiliteitsplan opnemen.
    Er is een strategische langetermijnvisie op mobiliteit in de gemeente ontwikkeld. In stap 3 wordt het opstellen van een langetermijnvisie verder besproken.
  1. Een duidelijk omschreven doelstelling in het mobiliteitsplan opnemen.
    De visie is verwerkt in een duidelijke doelstelling.
  1. In het mobiliteitsplan is duidelijk beschreven hoe de gekozen maatregelen bijdragen aan het bereiken van de visie, doelstellingen en doelen van het plan.
    Het plan bevat een duidelijke koppeling tussen de strategische visie en de meer concrete doelstellingen en doelen.
  1. Een definitief concept van het mobiliteitsplan aan belanghebbenden en burgers voorleggen om hun de mogelijkheid te geven daarop te reageren.
  2. Het mobiliteitsplan officieel door de gemeenteraad laten vaststellen.
© DTV 2024